Een recent geologisch model zet opnieuw de mogelijkheid in de schijnwerpers dat het Middellandse Zeegebied ingrijpend kan veranderen. Onderzoekers publiceren in het tijdschrift Geology dat de subductiezone onder het Straat van Gibraltar mogelijk actiever is dan eerder werd aangenomen. Dat zou uiteindelijk kunnen leiden tot het verdwijnen van het straat en het ontstaan van een landverbinding tussen Europa en Afrika.
Wat wijst het nieuwe onderzoek uit?
Wetenschappers van de Universidades de Lisboa en Johannes Gutenberg presenteren in hun studie een driemodel dat de beweging van tektonische platen rond het westelijke Middellandse Zeegebied simuleert. De resultaten suggereren dat de subductie die momenteel in het gebied plaatsvindt een westwaartse migratie kan inzetten, richting de Atlantische Oceaan. Als die beweging doorzet, kan de oceaanbodem onder de Straat van Gibraltar steeds verder wegduiken onder de aangrenzende plaat, met als mogelijk gevolg dat de doorgang tussen zeeën zich geleidelijk sluit.
Hoewel het beeld van stilstaande oceanen vaak de indruk wekt van permanentie, volgt ook de Atlantische Oceaan het dynamische patroon van vorming en sluiting zoals beschreven door het Wilsoncyclus-model. In het verre verleden leidde zo'n cyclisch proces al tot het verdwijnen van de Tethyszee; volgens de nieuwe modellen zou een vergelijkbare ontwikkeling zich uiteindelijk ook in het Atlantisch-Mediterrane systeem kunnen voltrekken.
Hoe realistisch is een landbrug tussen continenten?
Het idee van fysieke verbinding tussen Europa en Afrika is niet nieuw. Tijdens de messinische saliniteitcrisis, ongeveer 5,9 miljoen jaar geleden, droogde het Middellandse Zeegebied bijna volledig op en ontstond er tijdelijk een landbrug waardoor planten- en dierenpopulaties konden migreren. Het huidige scenario dat uit de modellen naar voren komt, zou dit historische fenomeen op zeer lange termijn kunnen herhalen.
Volgens de onderzoekers is dit geen kwestie van tientallen of honderden jaren, maar van miljoenen. Een vaak genoemde inschatting plaatst het begin van merkbare veranderingen op ongeveer 20 miljoen jaar vanaf nu. In geologische termen is dat een korte periode; voor menselijke schalen blijft het echter onvoorstelbaar ver weg. De modellen geven daarnaast aan dat, als de subductie eenmaal goed richting Atlantische Oceaan beweegt, de snelheid van veranderingen kan toenemen.

Mogelijke gevolgen voor geologische activiteit
Een westwaartse verplaatsing van subductiezones kan ook leiden tot een toename van seismische en vulkanische activiteit in gebieden die nu relatief rustig lijken. De term "ring van vuur" wordt doorgaans gebruikt voor de Pacifische rand, maar sommige onderzoekers wijzen erop dat vergelijkbare cycli van activiteit in de Atlantische regio mogelijk zijn als subductiezones zich anders positioneren. Dergelijke transities kunnen in millennia tot hogere frequenties van aardbevingen en vulkaanuitbarstingen leiden.
De studie benadrukt dat de huidige daling in activiteit die sommige experts observeerden, mogelijk slechts een tijdelijke pauze was. Dankzij verbeterde computationele modellen en recente datasets realiseren wetenschappers zich dat schijnbare trage bewegingen onderdeel kunnen zijn van langere cycli. Tegelijkertijd onderstrepen zij de onzekerheden: modellen zijn gevoelig voor variabelen en kleine wijzigingen in parameters kunnen uitkomsten in tijdschaal of dynamiek wijzigen.
Belang voor wetenschap en publiek
Het debat over de toekomst van het Straat van Gibraltar illustreert hoe onze kaarten van vandaag slechts momentopnamen zijn in een voortdurend veranderend planetaire systeem. Studies zoals deze zijn belangrijk om te begrijpen welke mechanismen op lange termijn landschaps- en oceaangeografie vormgeven. Ze dienen vooral wetenschappelijk inzicht en vormen geen directe reden tot alarm voor huidige generaties.
Desondanks bieden de bevindingen waardevolle perspectieven voor geologen, seismologen en klimaat- of biodiversiteitswetenschappers die willen begrijpen hoe toekomstige veranderingen in zeeën en continenten soortenverspreiding, kustlijnen en tektonische risico's kunnen beïnvloeden.
- Kernpunt: subductie onder Gibraltar kan westwaarts migreren.
- Gevolg: geleidelijke sluiting van het Straat van Gibraltar en mogelijke landbrug tussen continenten.
- Tijdshorizon: veranderingen beginnen mogelijk over ~20 miljoen jaar, met historische precedent van ~5,9 miljoen jaar geleden.
Het is essentieel te benadrukken dat deze scenario's voortkomen uit modellen die, hoe geavanceerd ook, niet alle mogelijke toekomstige variaties volledig kunnen voorspellen. Wetenschappers blijven gegevens verzamelen en modellen verfijnen om nauwkeuriger te worden.
| Aspect | Belangrijk detail |
|---|---|
| Publicatie | Geology |
| Onderzoekers | Universidades de Lisboa; Johannes Gutenberg |
| Historisch precedent | Messinische saliniteitcrisis (~5,9 miljoen jaar geleden) |
| Verwachte initiële termijn | Ruwweg 20 miljoen jaar |

Veelgestelde vragen (FAQ)
1. Kan het Straat van Gibraltar echt binnen menselijke tijden verdwijnen?
Nee. De processen waarover wordt gesproken spelen zich af over miljoenen jaren. Voor menselijke generaties is er geen directe kans dat het straat binnen afzienbare tijd sluit.
2. Wat betekent 'subductie' precies in dit verband?
Subductie is het proces waarbij een tektonische plaat onder een andere duikt. In dit geval verwijst het naar de oceaanbodem die onder een aangrenzende plaat wegzakt, wat uiteindelijk kan leiden tot opheffing van land en sluiting van zeestraten.
3. Waarom verschillen wetenschappers van mening over de activiteit bij Gibraltar?
Verschillen ontstaan doordat modellen afhankelijk zijn van beschikbare data en aannames. Verbeterde 3D-modellen en nieuwe datasets kunnen eerdere interpretaties corrigeren, waardoor sommige regio's die als rustig werden gezien weer als dynamisch worden beschouwd.
4. Kunnen deze veranderingen invloed hebben op biodiversiteit?
Op zeer lange termijn ja. Als zich een landbrug vormt of kustlijnen verschuiven, kan dat migratiepatronen en habitatverspreiding beïnvloeden, vergelijkbaar met gebeurtenissen in het verre geologische verleden.